Klimaatinformatie over Frankrijk
Inleiding
Frankrijk is een van de grootste landen van West-Europa. Het landschap en het klimaat is kent flinke variaties. Frankrijk is verdeeld in drie klimaatzônes:
- Vochtig zeeklimaat met vaak frisse zomers ten westen van de lijn Bayonne-Lille.
- Semi-landklimaat of tussenliggend klimaat met strenge winters en warme zomers in de Elzas en Lotharingen, langs het Rhônedal en in de gebergten (Alpen, Pyreneeën, Centraal Massief). Enigszins in mildere vorm voorkomend in de Parijse regio en in de regio Centre.
- Middellandse-Zeeklimaat met zachte winters en hete zomers in het zuiden van Frankrijk.
Geografie
De westelijke helft van Frankrijk is laag op enkele heuvelachtige gebieden in Normandië en Bretagne na. De hoogste heuvels in deze streken komen tot iets boven de 400 meter. Naar het oosten loopt het landschap op.
In het noorden zijn de Vogezen het hoogste punt met een middelgebergte tot ruim 1400 meter hoogte. Meer naar het zuiden is het Centraal Massief met bergen tot 1886 meter hoogte aanwezig. Hier komen ook vulkanen voor, waar de Puy-de-Sancy en de Puy-de-Dome de bekendste zijn. De Vogezen, het Centraal Massief en de heuvels van Normandië en Bretagne zijn oudere gebergten die in de loop der tijden zijn afgevlakt.
De Alpen en Pyreneeën
De Alpen en de Jura zijn een jonger gebergte. Ze vormen de grens met Zwitserland en Italië. In dit hooggebergte zijn de bergtoppen tussen de 3000 en 4000 meter hoog.
Een enkele bergtop is hoger en de allerhoogste toppen zijn te vinden in het oosten op de grens met Italië. De Mont Blanc is met 4808 meter hoogte het hoogste punt van het land.
In het zuiden vormen de Pyreneeën een natuurlijke grens met Spanje. De hoogste bergtoppen liggen aan de Spaanse zijde van de grens en lopen op tot ruim 3404 meter hoogte bij de Aneto.
Rivieren
Er stroomt een aantal grote rivieren door het land vanuit de bergen naar zee. De Rhône komt uit Zwitserland en is in het zuidoosten de belangrijkste rivier. Het dal waar de Rhône door stroomt is ook meteorologisch interessant. De Seine, Loire, Dordogne en Garonne ontspringen in Frankrijk en wateren af in de Atlantische Oceaan of Het Kanaal. Deze rivieren zijn de belangrijkste en worden gevoed door tientallen kleinere rivieren. Andere rivieren zoeken een eigen uitweg naar zee en enkele van die kleine rivieren zijn de Adour, Charente, Blavet, Somme, Meuse (Maas) en de Orne. Maar daar zijn veel meer van.
In het zuiden grenst Frankrijk aan de Middellandse Zee met zandstranden in de Languedoc. In het zuidwesten grenst het land aan de Atlantische kust dat bestaat uit zandstranden omringd door moerassen of duinen. De Atlantische Oceaan is voor de kust van Frankrijk 5100 meter diep en loopt al snel af naar 5900 meter.
Corsica
Ten zuidoosten van Frankrijk in de Middellandse Zee ligt het eiland Corsica. Het is een bergachtig eiland met bergtoppen tot 2700 meter hoogte.
Klimaat
Frankrijk heeft grote verschillen in het klimaat. Langs de westkust is het klimaat gematigder dan in Midden-Frankrijk. In het westen zijn de zomers koeler en de winters zachter. Het koudst wordt het in de Alpen en het warmst in Toulon aan de Middellandse Zee. Deze verschillen hebben te maken met een afnemende invloed van de Atlantische Oceaan en een stijging van het landschap. In het zuidoosten neemt de invloed van de Middellandse Zee toe.
Globaal gesproken zijn er drie klimaatgebieden in Frankrijk. Het Zuidoosten heeft een mediterraan klimaat, de Pyreneeën en de Alpen hebben op grotere hoogtes een bergklimaat en het overgrote deel van Frankrijk heeft een zeeklimaat.
Temperatuur
De kust van de Atlantische Oceaan en de Middellandse Zee beleven doorgaans een milde winter. Het warme zeewater tempert de ergste kou. In januari vriest het vooral in de bergen en in het Noordoosten. Terwijl het in januari in Straatsburg slechts 3,5 graad boven nul is, hebben Toulon en Nice overdag gemiddeld een temperatuur van 12,5 graden.
In de zomer is het in Marseille overdag zelfs gemiddeld 29,0 graden en moet Cherbourg (Bretagne) het met 19,0 graden doen. In de nacht is in Marseille redelijk te slapen, want het gemiddelde minimum ligt op 18 graden. Ook Ajaccio in Corsica heeft dit soort temperaturen.
In grote delen van het Franse binnenland is het in juli overdag met meer dan 24 graden Celsius goed uit te houden. Maar de temperatuur kan zomers flink pieken. Marseille heeft geen moeite met 35 graden te halen. Ook niet op momenten dat het in Parijs slechts 18 graden is. Tijdens een hittgolf zijn vooral de lagere delen heet. Met name het Rhonedal, Bourgogne en het Zuidwesten hebben een naam hoog te houden. De allerhoogste temperatuur die in Frankrijk is gemeten, kwam voor in Toulouse. In augustus 1923 steeg hier het maximum naar 44 graden. In de hete zomer van 2003 bleken vooral de Dordogne, het gebied rond Orange en Auxerre de hoogste temperaturen mee te maken.
De Riviéra telt jaarlijks gemiddeld honderd dagen met temperaturen van boven de 25 graden. Aan de noordelijke westkust is zo'n dag zeldzamer, de frisse oceaanwind houdt hier het aantal warme dagen beperkt tot slechts tien dagen per jaar.
Neerslag
De hoeveelheid neerslag in Frankrijk hangt samen met het landschap. In de Pyreneeën, het Centraal Massief, de Vogezen, de Jura en de Alpen valt met meer dan 1200 millimeter per jaar de meeste neerslag.
Deze valt uit zware buien die door het landschap worden opgestuwd. Vooral de westelijke berghellingen zijn regenvangers, waarbij hoeveelheden van meer dan 2400 millimeter (Epinal) mogelijk zijn. De zware buien zorgen soms voor veel overlast zoals aardverschuivingen, overstromingen van rivieren en modderstromen. Het is het gevaar voor elke camping in de bergen die is gelegen aan een rustige beek. Deze beek kan ineens in een wilde rivier veranderen en veel schade veroorzaken.
Bijzonder is de hoeveelheid regen die in oktober 1940 viel in de Roussillon. Toen werd 1000 mm in 24 uur tijd afgetapt en dat is ook het neerslagrecord van Frankrijk. Droog is het in de zomer aan de Middellandse Zee. In Toulon valt in juli gemiddeld maar 8,5 millimeter en dat is dan meestal op één regenachtige dag in de maand. De rest van de maand valt geen druppel.
In Marseille valt jaarlijks 545 millimeter regen. Relatief droog is het in het gebied ten zuiden van Parijs. In Chartres valt jaarlijks 565 millimeter. Regenval in het noordwesten van het land hangt vaak samen met depressies en regenstoringen. Deze geven gelijkmatigere hoeveelheden over grotere gebieden van het Noord-Franse land.
Sneeuw
In Frankrijk valt regelmatig sneeuw. Vooral in de bergen is dit het geval. Het aantal sneeuwdagen loopt langzaam van west naar oost op. Aan de kust met de Atlantische Oceaan sneeuwt het zelden. Dit gebied staat onder invloed van de warme golfstroom in de oceaan. In Parijs valt op gemiddeld 20 dagen per jaar sneeuw. In het Centraal Massief en de oostelijke provincies sneeuwt het jaarlijks op meer dan 30 dagen per jaar.
In de Vogezen, Pyreneeën en de Alpen valt op meer dan 90 dagen per jaar sneeuw. Hier is wintersport zoals langlaufen mogelijk. Op de hogere Alpentoppen valt uitsluitend sneeuw en er ligt ook eeuwige sneeuw. Eens in de tien jaar komt de Tour de France midden in juli in een sneeuwweertype terecht.
Onweer
In een strook van het uiterste zuidwesten naar Zwitserland komt het meeste onweer voor. Op meer dan 30 dagen per jaar dondert het in de lucht. In het oosten hebben de buien relatie met de onweersrijke Jura en de Alpen bij Italië. Buien ontstaan hier gemakkelijk en regenen soms ter plekke uit.
In het westen is vooral het gebied ten zuiden van Bordeaux berucht vanwege de zware buien. In dit gebied komen zomers buien tot ontwikkeling die met grote hagelstenen gepaard gaan. Hier in Zuidwest-Frankrijk ontstaan thermische onweersbuien die later als een zwaar onweercomplex naar de Benelux of Duitsland trekken. De onweerscomplexen ontstaan op de grens van de vochtige lucht uit de Atlantische Oceaan en het hete binnenland. Aan de Middellandse Zee en de kust van Het Kanaal komt relatief weinig onweer voor.
Op zee ten noorden van Brest is onweer een zeldzaamheid. Daar onweert het op minder dan vijf dagen per jaar. Op Corsica piekt het aantal onweersdagen vooral in de bergen rond Ajaccio.
Zonneschijn
De zonneschijn neemt in Frankrijk toe van het noorden naar het zuidoosten. Boven de lijn Le Havre-Mulhouse is het minste aantal uren zonneschijn. In Nancy in het Noordoosten schijnt de zon 1651 uur per jaar. Depressies hebben in dit gebied van Frankrijk veel invloed.
De kuststreek tussen Nantes en Bordeaux heeft door de invloed van de Atlantische Oceaan veel zon met meer dan 2000 uur per jaar. In Bordeaux schijnt de zon jaarlijks 2083 uur.
De Alpen zijn iets minder zonniger dan het Rhônedal en hebben nog wel eens een wolkenpakket in de hogere gedeeltes. Het zuidoosten van het land is helemaal zonnig. Vooral het gebied ten zuiden van de lijn Toulouse-Grenoble heeft veel uren zonneschijn, met als hoogtepunt Toulon waar deze gemiddeld 2898 uur per jaar zichtbaar is.
Wind
In Frankrijk komt ook een aantal speciale winden voor zoals de Lombarde, Labbe en de Vent Du Midi. Vaak zijn dit locale winden die zijn verbonden met zee of bergen. De Mistral is een van de bekendste wind. Verder zijn er de Marin en de Bise.
Mistral
De Mistral is een koude noordelijke valwind in Zuid-Frankrijk die een hoge windsnelheid heeft en soms in de winter de temperatuur tot onder nul brengt in de Franse Riviera. De lucht komt vanuit het Centraal Massief, is droog en zorgt voor heldere luchten.
De Mistral ontstaat wanneer koude uit de poolstreken afkomstige lucht ver zuidwaarts Europa in trekt. De lucht trekt langs de Alpen en boven het warmere zeewater van de Golf van Genua ontstaat een actieve depressie. Deze depressie versterkt het heersende windveld en het Rhônedal fungeert als een soort windtunnel, waardoor de windkracht soms oploopt tot windkracht 10.
Op zee gaan bij het uitbreken van een Mistral de golven plotseling hevig tekeer. Boven zee wordt contact gemaakt met het warme zeewater en vooral verder op zee ontstaan nieuwe buien. Gemiddeld waait de Mistral vier dagen lang onafgebroken. Ook 's nachts kan de Mistral flink blijven doorbulderen. De wind verplaatst veel stof en maakt mensen en dieren zenuwachtig. Sommigen worden door de wind ontregeld.
Marin
Dit is een sterke zuidoostenwind in de Golf van Lion. Deze wind is na de Mistral de belangrijkste wind in Zuidoost Frankrijk. Het is een warme vochtige wind, die bewolkt weer geeft. Vaak gaat deze samen met regen en hoort bij depressies in Zuid-Frankrijk of Noord-Spanje.
Bise
De Bise is aanwezig in de buurt van Genève in het Franse gebied. Onder sturing van een hogedrukgebied boven Midden-Europa wordt vanaf het meer van Genève wind aangevoerd door het dal waar de Rhône stroomt. Door de steile wanden van de bergen ontstaat een tunneleffect en wordt een windkracht 7 bereikt. De wind is droog en in de winter koud. Deze noordoostenwind waait vooral in de winter en lente.
Autan
Dit is een valwind aan de noordzijde van de Pyreneeën. Wind uit Spanje wordt de bergen overgetild en veroorzaakt aan Spaanse zijde stijgingsregens. De wind valt vervolgens aan Franse zijde omlaag en wordt warmer. Het is een droge warme valwind die vergelijkbaar is met de föhn in Zwitserland.
Uit Weereldnieuws van 14 augustus 2003:
De hittegolf in Frankrijk is beëindigd. De afgelopen weken beleefde het land de zwaarste hittegolf sinds 1947. De Franse minister van volksgezondheid maakte bekend dat er sinds 25 juli, drieduizend mensen om het leven zijn gekomen.
In de eerste twaalf dagen van augustus zijn op 70 van de 180 weerstations nieuwe temperatuurrecords gevestigd. Op 15 procent van de waarnemingslocaties steeg de temperatuur tot boven de 40 graden. Op 12 augustus meldde Orange met 42,6 graden de hoogste temperatuur.
Niet alleen het zuidwesten was heet. Juist het noordoosten beleefde langdurige hitte. Zo steeg in Auxerre de temperatuur deze zomer al zeven keer tot 40 graden.
Ronduit koel was het uiteraard aan zee. Brest hield van de hoofdstations de eer hoog door met 35,1 graden het laagste maximum te hebben. Een andere voor Franse begrippen koele locatie was Nice. De plaats waar velen voor de warmte en zon heenreizen, moest zich behelpen met 35,2 graden.
Puy-de-Dôme
Het weerstation van Puy-de-Dôme is gebouwd bovenop een vulkaan die steil oprijst. De berg werd door Blaise Pascal in 1648 gebruikt voor experimenten met zijn barometer. Deze experimenten betekenden een omwenteling in de astronomie en de natuurkunde van dat moment. Immers Pascal bewees dat de luchtdruk daalde met de hoogte en dat de ruimte vacuüm was.
Lees verder
Weerlinks:
Het klimaat van Spanje
Het klimaat van Zwitserland
Het klimaat van Duitsland
Het klimaat van Italië
Het klimaar van Engeland
Het klimaat van de Ardennen
Het klimaat van Luxemburg