WEEReldnieuws 2018
Doordat ook november zich tot nu toe van z'n zonnige kant laat zien, is het aantal zonuren van 2018 in het noordoosten op de meeste stations al opgelopen tot een totaal dat hoger is dan dat van recordjaar 2003. Dat geldt voor de stations Eelde, Nieuw-Beerta, Hoogeveen, Heino en ook voor Deelen en Hupsel.
Op bijvoorbeeld Twente, Lauwersoog en Leeuwarden is het totaal van 2003 nog niet bereikt, maar het is te verwachten dat dit voor eind 2018 wel het geval zal zijn. Datzelfde geldt voor De Bilt.
2018 strooide niet alleen met hoge temperaturen maar bracht ook volop zon. In sommige regio's lijkt 2018 het zonnejaar 2003 te gaan overtreffen.
Bij de hoofdstations is een nieuw record voor Eelde vrijwel zeker, een nieuwe topper voor De Bilt is waarschijnlijk.
Op de drie andere hoofdstations zullen de topwaarden uit 2003 waarschijnlijk onaangetast blijven en ook het landelijk record (2194 uur bij de Kooy in 2003) zal vrijwel zeker onaangetast blijven.
De oktoberzomer is op 17 oktober op kousenvoeten vertrokken, maar heeft ons wel achtergelaten met een hausse aan nieuwe records. Niet vreemd als men bedenkt dat zowel de maxima als de minima gelijk waren aan die van de hoogzomer, of soms zelfs nog een paar graden daarboven.
Op 25 september 2018 zijn er op diverse stations nieuwe luchtdrukrecords voor de septembermaand gevestigd. Ook het landelijk record ging er aan: in Beek (Lb) werd een maximum van 1040.2 hPa gemeten: dat is 0.1 hPa hoger dan de waarde die op 29 september 2015 in Roodeschool gemeten werd en 0.4 hPa hoger dan in De Bilt op diezelfde datum gemeten werd.
Het zuiden van Noorwegen, de regio tussen Kristiansand, Stavanger en Oslo, is vandaag behoorlijk getroffen door - in sommige kustgebieden - orkaanwinden. Voor dat deel van de Noorse kust (zeker meer oostelijk, al bleef het daar dan ook bij 11 Bft) is dat relatief ongewoon en in Rogaland (regio bij Stavanger) was men niet zo ver van het provincierecord, nog slechts 1,8 m/s.
De Deense en Noord-Duitse kust werd getroffen door zeer zware windstoten van tussen 100 en 110 km/u en ons eigen land deed bij buien overigens ook mee aan deze windstoten, waarbij IJmuiden en Houtribdijk tot 31 m/s (112 km/u) kwamen en volgens voorlopige cijfers Schaar (bij Neeltje Jans) zelfs 132 km/u heeft gehaald, maar dat was heel lokaal.
Op vrijdagavond 27 juli is er een mooie totale maansverduistering te zien. Een indrukwekkend natuurverschijnsel dat we in ons land maar om de paar jaar kunnen aanschouwen. Govert Schilling legt uit waarom de maan dan een een rode gloed krijgt.
Mei was de warmste meimaand in drie eeuwen. In totaal werden 13 zomerse dagen (25,0 °C of hoger) gemeten. Dit is het hoogste aantal sinds 1901. De gemiddelde temperatuur in De Bilt was 16,4 °C, het langjarig gemiddeld bedraagt 13,1 °C. De warmste meimaand tot nu toe had een gemiddelde van 15.7 graden, er is dus sprake van een forse verhoging van het recordhoge gemiddelde.
Tekeningen, aquarellen en openluchtstudies van het landschap en de lucht. Telkens hetzelfde uitzicht. Want iedere dag brengt een nieuwe lucht: langgerekte veerwolken bij zwoel weer, stapelwolken bij stevige noordwestenwind, een helderblauwe hemel met een zon die door de rivier wordt verveelvoudigd, een paarsblauwe onweerslucht met een bliksemtak.
We hebben een bijzondere sprokkelmaand achter de rug. Door het koude slot was het maandgemiddelde in het noordoosten negatief en op veel plaatsen was het de koudste februari sinds 1996. Voorts was het een zonovergoten maand met op veel plaatsen een recordaantal zonuren. Vlissingen kwam zelfs tot 186 uur en dat was niet alleen een gigantische verbetering van het stationsrecord (was 141 uur in 2003), maar tevens goed voor een landelijk record (was 169 uur te Beek en Hupsel in 2003).
Er was veel te weinig zonneschijn: het aantal zonuren bleef ver onder normaal. Op veel stations werden 30 à 35 zonuren berekend. De Bilt bleef steken op 25 uur, nog niet de helft van het gemiddelde over de referentieperiode 1992-2016 (57 uur).
Alleen de kuststations kwamen boven 40 uur. Limburg had de minste zon; Beek berekende slechts 16 uur zon.
Gemiddeld over de vijf hoofdstations was er 32 uur zon. In het tijdvak dat de zonneschijnduur op de huidige manier wordt bepaald (vanaf 1992) was het gemiddelde slechts 1 maal nog lager, nl in 1993 (26 uur).
Op veel plaatsen was de maximumtemperatuur van oudejaarsdag 2017 goed voor een datumrecord. Tot dan was de hoogste waarde op veel stations in handen van 2006. Toen werden die hoge temperaturen in de late avond bereikt, kort voor of rond de jaarwisseling. Nu werd de hoogste waarde veel eerder op de dag bereikt, in de noordwestelijke helft in de loop van de ochtend, in het midden rond het middaguur, in het zuidoosten aan het begin van de middag.
De afgelopen oktobermaand was de op vier na zachtste wijnmaand sinds 1901. De maand kenmerkte zich door het ontbreken van koude dagen en nachten. Er was geen enkele dag met een maximum beneden 10 graden en op een aantal stations werd het in de nacht nooit kouder dan 5 graden.