24-05-2013 Kou zorgt voor afwijkende ozonlaag
Het koude weer van de afgelopen dagen heeft geleid tot een opmerkelijke verdeling van de hoeveelheid ozon in de ozonlaag hoog in de atmosfeer. Het KNMI laat regelmatig ballonnen op om de hoeveelheid ozon en de temperatuurverdeling op grote hoogte te meten.
De ozonsonde van 23 mei leverde verrassende informatie op. Gewoonlijk wordt rond 22 kilometer hoogte de grootste hoeveelheid ozon gemeten, maar die dag bevond de meeste ozon zich op 6 tot 16 kilometer hoogte, veel lager dus dan normaal.
Ozondeskundige Marc Allaart van het KNMI brengt de oorzaak van deze bijzondere ozonverdeling in verband met zeer koude lucht op ongeveer zeven km hoogte. Hier werd een temperatuur van -42 graden gemeten. Op deze hoogte bevond zich ook de tropopauze, de scheiding tussen de troposfeer en de ozonlaag.
Normaal is de tropopauze het koudste punt in de atmosfeer, maar op 23 mei was dat niet het geval. Hogerop in de ozonlaag is die dag een nog lagere temperatuur gemeten van -54 graden en was de hoeveelheid ozon normaal.
Bron: KNMI.
De Ozonmeting van KNMI op 23 mei 2013. Het verloop van de temperatuur met de hoogte (groene lijn) en van de hoeveelheid ozon (blauwe lijn). De paarse lijn is de grens van de troposfeer (tropopauze) aan, waarin het weer zich afspeelt.