27-04-2014 Meer lichtende nachtwolken
Veel weerfotografen kijken er in de periode van ongeveer begin mei tot en met de eerste week van augustus naar uit: lichtende nachtwolken. Dat zijn ijle wolken die na zonsondergang of voor zonsopkomst langs de noordelijke horizon hangen en licht lijken te geven. Uit recent onderzoek is gebleken dat ze de laatste jaren vaker voorkomen.
Veel weerfotografen kijken er in de periode van ongeveer begin mei tot en met de eerste week van augustus naar uit: lichtende nachtwolken. Dat zijn ijle wolken die na zonsondergang of voor zonsopkomst langs de noordelijke horizon hangen en licht lijken te geven. Uit recent onderzoek is gebleken dat ze de laatste jaren vaker voorkomen.
Lichtende nachtwolken zijn wolken die ontstaan door stof in de bovenste lagen van de atmosfeer, op ongeveer 80 kilometer hoogte. Bovendien is waterdamp nodig en erg koude lucht, tussen -90 en -145 °C. Deze waterdamp kan zich dan als rijp op deze stofdeeltjes afzetten. Het zonlicht wordt door deze ijskristalletjes weerkaatst, waardoor het vanaf de grond bezien, lijkt alsof de wolk licht geeft.
Uit recent onderzoek van NASA, het onderdeel Aeronomy of Ice in the Mesosphere ofwel AIM, is nu gebleken dat lichtende nachtwolken (in het Engels: noctilucent clouds) de laatste jaren steeds vaker te zien waren tussen 40 en 50 graden noorderbreedte. Grofweg de noordelijke helft van de Verenigde Staten en de zuidelijkste delen van Canada, of in Europa een strook over Frankrijk, de Alpen richting de Balkan. Deze verandering lijkt samen te hangen met de daling van de temperatuur op de hoogte waar lichtende nachtwolken bestaan in de atmosfeer. De koudste plaats op deze hoogte in de atmosfeer is in deze zomer het gebied boven de polen, maar ook op zuidelijkere breedtegraden wordt het de laatste jaren dus kouder. Dit roept bij het team van onderzoekers natuurlijk ook vragen op omtrent het hele klimaatsysteem. De vraag die deze groep vervolgens gaat onderzoeken is dan ook of de toename van het aantal lichtende nachtwolken en dus de bijbehorende temperatuurdaling in de laatste 10 jaar te maken kan hebben met de overgang van een zonnemaximum in 2002 naar een zonneminumum in 2009.
Voor meer informatie:
Zie hier
Bron: Meteogroep Wageningen